Calcitonine


Ook wel bekend als
humaan calcitonine, thyreocalcitonine
Officiële naam
calcitonine
Verwante testen

Waarom deze test?

Om bepaalde zeldzame schildklieraandoeningen vast te stellen en om het effect van behandeling van deze schildklierziekten te volgen.

Welk materiaal?

Bloed

Wat wordt er getest?

De calcitoninetest meet de hoeveelheid calcitonine in bloed. Calcitonine is een hormoon dat geproduceerd wordt door de zogeheten C-cellen in de schildklier. De schildklier produceert verschillende hormonen, met name T4 (thyroxine) en T3 (trijoodthyronine), die een belangrijke rol spelen in de stofwisseling.

Bij twee zeldzame schildklieraandoeningen, C-cel hyperplasie en medullair schildkliercarcinoom (een vorm van schildklierkanker) wordt extra veel calcitonine geproduceerd. C-cel hyperplasie is op zich een goedaardige aandoening, maar kan zich ontwikkelen tot medullair schildkliercarcinoom. Dit is een kwaadaardige aandoening. De kanker kan uitzaaien en bij (te) late ontdekking is behandeling moeilijk.

In 20-25% van de gevallen is er sprake van een erfelijke vorm van medullaire schildkliercarcinoom. Mensen met deze erfelijke vorm hebben een mutatie in het RET-gen. Als de nakomeling één kopie van dit afwijkende gen - afkomstig van vader of moeder - overerft, is er een verhoogde kans op ontwikkeling van medullair schildkliercarcinoom. De erfelijke vorm komt bij mannen en vrouwen even vaak voor en kan zich al op jonge leeftijd openbaren. Daarnaast komt bij het MEN-2 syndroom, een zeldzaam erfelijk syndroom waarbij er in meerdere hormoonproducerende klieren gezwellen ontstaan, waaronder het medullair schildklier carcinoom.

In ongeveer 75-80% van de gevallen staat het medullaire schildkliercarcinoom op zichzelf. De ziekte openbaart zich meestal op leeftijd tussen de 40 en 50 jaar en komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen.

Hoe wordt het materiaal verkregen?

Een buisje bloed wordt afgenomen uit een ader aan de binnenkant van de arm, meestal in de plooi van de elleboog. Om deze ader goed te kunnen zien en voelen wordt een stuwbandje strak om de bovenarm getrokken. In de ader wordt geprikt met een holle naald waardoor het bloed in het buisje wordt gezogen. De naald wordt maar één keer gebruikt en daarna vernietigd.

Wanneer wordt deze test gedaan?

De bepaling van calcitonine wordt aangevraagd als klachten wijzen op een zeldzame schildklieraandoening. De test maakt deel uit van het onderzoek om de diagnose C-cel hyperplasie of medullair schildkliercarcinoom te kunnen stellen.

De test wordt ook aangevraagd om het effect van behandeling te kunnen beoordelen of om te zien of de ziekte weer terugkeert. Verder wordt de calcitoninebepaling gebruikt om familieleden van patiënten met de erfelijke vorm medullair schildkliercarcinoom te screenen.

Soms wordt de calcitoninebepaling uitgebreid met een stimulatietest. De combinatie van beide tests biedt een grotere gevoeligheid voor het aantonen van schildklieraandoening dan een enkele calcitoninebepaling.

Bij een stimulatietest wordt eerst een bloedmonster afgenomen. Daarna krijgt de patiënt een injectie met calcium of pentagastrine. De calcitonineproductie wordt hierdoor gestimuleerd. In de volgende minuten wordt weer een aantal bloedmonsters genomen. Bij patiënten met een C-cel hyperplasie en/of medullair schildkliercarcinoom stijgt de concentratie calcitonine meestal zeer sterk.

Wat betekent de uitslag?

Normaal

Omdat testuitslagen afhankelijk zijn van leeftijd, geslacht en gehanteerde meetmethode in het laboratorium kan hier geen normaalwaarde (referentiewaarde) worden gegeven.

Verhoogd

Een verhoogde waarde voor calcitonine in een enkele calcitonine test en een verhoogde waarde voor calcitonine na een stimulatietest wijzen op een zeldzame schildklierafwijking: C-cel hyperplasie en/of medullair schildkliercarcinoom.

Nog vragen?

De informatie over deze test komt van deskundigen uit het ziekenhuislaboratorium. Daar worden dagelijks vele honderden testen uitgevoerd. Laboratoriumspecialisten zorgen er voor dat dit op een veilige en juiste manier gebeurt. Zij adviseren de dokter bij afwijkende uitslagen en ingewikkelde problemen.


Heeft u naar aanleiding van deze informatie nog een vraag?
Stel deze dan aan een klinisch chemicus.

Heeft u als KC naar aanleiding van deze informatie nog een aanvulling?
Geef deze dan door aan de webredactie.